Artikel 24 verplicht organisaties om minimaal twee keer per jaar een bijzondere overlegvergadering te houden, waarin de bestuurder de algemene gang van zaken en belangrijke besluiten in voorbereiding bespreekt en ook de commissaris(sen) aanwezig zou(den) moeten zijn. Dit lijkt een standaardprocedure, maar de werkelijke waarde zit in de nuance. Het overleg is niet alleen een moment om informatie te ontvangen, maar juist ook om betrokkenheid en samenwerking vorm te geven.
Door actuele onderwerpen vroegtijdig te bespreken, kan de OR invloed uitoefenen voordat besluiten vastliggen en door strategische onderwerpen te benoemen kan de OR meepraten over de visie en strategie van de organisatie. Dit vereist echter meer dan alleen aanwezig zijn: het vraagt om een actieve houding van zowel de OR als de bestuurder. Hoe die samenwerking vorm te geven, is precies waar deze masterclass over gaat.