Menig voorzitter van de ondernemingsraad kent deze situatie en zit er regelmatig in. Aan de ene kant zie ik deze voorzitters die allemaal oprecht zijn in hun wens om tijdens de vergadering een levendige dialoog te bevorderen zodat de gedachten, ideeën en meningen van alle ondernemingsraadleden op tafel komen. Met als resultaat dat iedereen aan het einde van de vergadering het gevoel heeft van een gezamenlijke inspanning en een gedragen besluit. Maar keer op keer lukt dat niet.
Aan de andere kant zie ik ondernemingsraadleden die worstelen met hun inbreng in de vergadering. De vraag over spreektijd kun je ook aan hen stellen. En ook zij zullen niet tevreden zijn, en hún ontevredenheid gaat over hoe weinig zij zich hebben uitgesproken. Elk serieus ondernemingsraadlid wil graag een bijdrage leveren aan het OR-werk en raakt na enige tijd gedemotiveerd wanneer zij of hij het idee krijgt te weinig input te kunnen leveren. En iedereen weet: hoe langer het duurt hoe hoger de drempel.
Zie daar het lastige patroon waarover menigeen zich het hoofd breekt met de vraag: hoe te doorbreken?